Huguette en ik zeiden het gisteren nog tegen mekaar: Als dat maar goed afloopt...
dinsdag 26 augustus 2008
dinsdag 19 augustus 2008
Aazen Hans
Het was een gezellige bedoening: echte champagne, lekkere hapjes en een heus cadeau voor onze Hans (een IPod met “
“Aazen ‘ans wodt fijetig
we bakken een brochette
we kowsche ne krop sloawwe
en ete kotelet
Aazen ‘ans wodt fijetig
de kurken vligen rond
de wueste zen an’t browwe
en taas zit zennen’ond
Aazen ‘ans wodt fijetig
da es towch ni zoew’awd?
het zonneken' es dowwe (toch af en toe)
den heimel deij’ es blauwd…."
Hop naar de volgende veertig jarige....? (three down, one to go)
Dit zijn de foto's van Carine en Marc.
Nog een tip van Hans op de radio hiernaast.
zondag 17 augustus 2008
Toon Hermans
Dit wil onze Pa met ons delen:
"Van Toon Hermans las ik zopas het volgende gedicht....... om even bij stil te staan;
NIEUW
Dit is het blad dat valt
Het onmiddelijke
Het onverbiddelijke
Eensklaps ben ik een ander
Niet schranderder
Of extra sluw
Ik krijg opeens die ene duw
En ’ t is gebeurd met mij.
Dit is het einde van ’n weg
Er is geen verder meer
Hier sla ik af
Zo af als af maar kan zijn
Ik doe dit niet zo helemaal van zelf
Er is iets in mij
Dat mij stuurt en leidt
En vasthoudt aan mijn hand
En in mijn hoofd iets fluister
Waar mijn ziel naar luistert
Ik kan niets anders meer
Wat was
Is plotseling over
En voorbij
Ik ben heel anders mij
Heel anders
In dezelfde huls
Noem het impuls
Of openbaring
Voor mijn part noem je’t nieuwe haring
’t zal mij een zorg zijn hoe het heet
of hoe het kwam
of wie ’t deed
ik ben weer nieuw ik ben weer kind
ik voel dat iets beginnen gaat
’t is of mijn voeten sneller gaan en meer bewust
of iemand mij voortdurend kust
en of mijn handen warmer zijn
mijn stem veel voller klinkt
of er iets boos
voorgoed in mij verdrinkt
en nooit meer boven water komt
of uit mijn vage vroeger
nu ’n helder later komt.
Uit: Het Water is heerlijk : TOON HERMANS
Toon Hermans was een van de meest geliefde conferenciers van zijn tijd. Ik herinner me toen we met het ganse gezin aan de buis gekluisterd zaten, op het randje van onze stoel, te genieten van zijn one man shows. Toen hij het had over “Sniclaas ,Wat ruist er door het struikgewas ? De voorzitter van”Ons Genoegen, de vogeldeskundige, “ e.a. rolden de tranen over de wangen van het schateren.
Afscheid nemen van zijn “Rietje” viel hem erg zwaar en hij kwam dit verlies niet meer te boven.
Hij was voor mij een hele Grote Mijnheer."
NIEUW
Dit is het blad dat valt
Het onmiddelijke
Het onverbiddelijke
Eensklaps ben ik een ander
Niet schranderder
Of extra sluw
Ik krijg opeens die ene duw
En ’ t is gebeurd met mij.
Dit is het einde van ’n weg
Er is geen verder meer
Hier sla ik af
Zo af als af maar kan zijn
Ik doe dit niet zo helemaal van zelf
Er is iets in mij
Dat mij stuurt en leidt
En vasthoudt aan mijn hand
En in mijn hoofd iets fluister
Waar mijn ziel naar luistert
Ik kan niets anders meer
Wat was
Is plotseling over
En voorbij
Ik ben heel anders mij
Heel anders
In dezelfde huls
Noem het impuls
Of openbaring
Voor mijn part noem je’t nieuwe haring
’t zal mij een zorg zijn hoe het heet
of hoe het kwam
of wie ’t deed
ik ben weer nieuw ik ben weer kind
ik voel dat iets beginnen gaat
’t is of mijn voeten sneller gaan en meer bewust
of iemand mij voortdurend kust
en of mijn handen warmer zijn
mijn stem veel voller klinkt
of er iets boos
voorgoed in mij verdrinkt
en nooit meer boven water komt
of uit mijn vage vroeger
nu ’n helder later komt.
Uit: Het Water is heerlijk : TOON HERMANS
Toon Hermans was een van de meest geliefde conferenciers van zijn tijd. Ik herinner me toen we met het ganse gezin aan de buis gekluisterd zaten, op het randje van onze stoel, te genieten van zijn one man shows. Toen hij het had over “Sniclaas ,Wat ruist er door het struikgewas ? De voorzitter van”Ons Genoegen, de vogeldeskundige, “ e.a. rolden de tranen over de wangen van het schateren.
Afscheid nemen van zijn “Rietje” viel hem erg zwaar en hij kwam dit verlies niet meer te boven.
Hij was voor mij een hele Grote Mijnheer."
Pa.
zaterdag 16 augustus 2008
maandag 11 augustus 2008
Vuil
Als mijn Eliot niet op kamp is, wordt hij in beslag genomen door zijn electronika. Zijn gsm (vervloekt zij de uitvinder van dit duivelse apparaat, dat hij of zij ten eeuwigen tijde gefistfucked moge worden in de darkrooms van de hel), die waarschijnlijk meer verslijt door de muziek die hij er mee speelt en door het gebruik van de camera, dan dat hij er mee belt, en de computer natuurlijk die tegenwoordig nog bijna enkel door hem wordt gebezigd om te chatten. Qua houding doet hij tussendoor zo veel mogelijk zijn best om een algehele lamlendigheid en verveling uit te stralen. Elke vraag of opmerking wordt afgeblokt door een geeuwend: "En daaan?", en aan tafel zijn de meeste gerechten kortweg "vuil". Boontjes met gebakken ui met vogels zonder kop en aardappelen met een vleessausje, "da's vuil!". De 5-sterren spinazietaart van mijn Huguette met een Waldorf-salad, "vuil." Macaroni met ham in kaassaus, "ronduit smerig".
Ja, ja. Wij lachen wat af met onze Eliot.
Gisteren zijn we naar Wall-E geweest. De sympatieke hoofdfiguur was na een ongelukje zijn geheugen kwijt. Eliot in het halfduister, smekend: "Oh nee, het komt toch goed he, het moet terug goedkomen." Ik moet zeggen dat ik ook een paar keer de krop in de keel kreeg tijdens de film, maar dat zeg ik tegen niemand.
Ik denk dus dat er diep in Eliot altijd nog wel dat jongetje zal te vinden zijn dat ontroerd kan worden door een tekenfilm, gelijk wat voor nare dingen er met zijn lijf gebeuren, volwassen worden bijvoorbeeld.
donderdag 7 augustus 2008
Moerassige tijden
Carine en Willy logeren heel de week in een B&B in St-Martens-Latem. Van daar uit doen ze fietstochten in de buurt of bezoeken ze Gent of familie in de buurt...
Tot hun bezoek bij ons van eergisteren had ik helemaal niet zulke goede herinneringen aan onze grootmoeder langs moeders kant. De verhalen die over haar de ronde doen gaan meestal over haar vrekkigheid en haar activiteiten als intrigante. Ons moeder vertelde ons bijvoorbeeld van een voorval op haar trouwfeest. Het was toen nog de gewoonte de tafels te voorzien van een voorraadje rookwaren. Toen zowat iedereen naar huis was deed grootmoeder alle tafels aan om de overschotten in haar tas te gooien en mee naar huis te nemen, terwijl ze toch betaald waren door ons ma en pa. Nog een verhaal was dat ons grootmoeder een jaar lang niet tegen pa gesproken heeft als gevolg van het feit dat hij niet bereid was Jaak, haar jongste, in zijn schildersbedrijf in te schrijven. Pa vertelde ons ook dikwijls dat hij het moeilijk kon gewoon worden in het dorp na zijn huwelijk. Al die ondergrondse stromen en intriges ontgingen hem of waren moeilijk voor hem om er vat op te krijgen. In het dorp ontbrak niet alleen bestrating op de weg die het verkeer kan vergemakkelijken maar ook de rede en vormen van communicatie die het voor een buitenstaander mogelijk zou kunnen maken toegang te krijgen tot de geest van de dorpsbewoners. Komen wonen in een dorp als Wommersom was voor pa als verhuizen naar een moeras waarin je gedoemd bent te verdwalen. Van deze duistere tijd is Victorine, de moeder van ons ma, voor mij het voorbeeld bij uitstek met al haar onwaarschijnlijke verhalen waarover wij ons in de familie nog steeds vrolijk maken.
Door het feit dat ze een paar jaar ouder is heeft Carine een aantal meer positieve herinneringen over haar. Zo speelde ons grootmoeder vaak voor Sinterklaas bij ons thuis. Ze stierf aan baarmoederkanker op 23-4-1971 toen ze pas 59 was, ze kreeg 7 kinderen. Door het feit dat ze zich ver hield van dokters en ziekenhuizen moet ze in de periode voor haar dood erg veel pijn gehad hebben, wat haar kijk op haar door ons als kind waarschijnlijk voor een groot stuk heeft beïnvloed. Ze was trouwens niet de enige in het dorp die als doe-het-zelver de meest ernstige medische kwalen behandelde. Zo was er bij haar in de straat een ongetrouwde man die samenwoonde met zijn broer die na een heel leven pijproken en pruimtabak kauwen zijn lipkanker te lijf ging met schaar en molenmes.
Tot hun bezoek bij ons van eergisteren had ik helemaal niet zulke goede herinneringen aan onze grootmoeder langs moeders kant. De verhalen die over haar de ronde doen gaan meestal over haar vrekkigheid en haar activiteiten als intrigante. Ons moeder vertelde ons bijvoorbeeld van een voorval op haar trouwfeest. Het was toen nog de gewoonte de tafels te voorzien van een voorraadje rookwaren. Toen zowat iedereen naar huis was deed grootmoeder alle tafels aan om de overschotten in haar tas te gooien en mee naar huis te nemen, terwijl ze toch betaald waren door ons ma en pa. Nog een verhaal was dat ons grootmoeder een jaar lang niet tegen pa gesproken heeft als gevolg van het feit dat hij niet bereid was Jaak, haar jongste, in zijn schildersbedrijf in te schrijven. Pa vertelde ons ook dikwijls dat hij het moeilijk kon gewoon worden in het dorp na zijn huwelijk. Al die ondergrondse stromen en intriges ontgingen hem of waren moeilijk voor hem om er vat op te krijgen. In het dorp ontbrak niet alleen bestrating op de weg die het verkeer kan vergemakkelijken maar ook de rede en vormen van communicatie die het voor een buitenstaander mogelijk zou kunnen maken toegang te krijgen tot de geest van de dorpsbewoners. Komen wonen in een dorp als Wommersom was voor pa als verhuizen naar een moeras waarin je gedoemd bent te verdwalen. Van deze duistere tijd is Victorine, de moeder van ons ma, voor mij het voorbeeld bij uitstek met al haar onwaarschijnlijke verhalen waarover wij ons in de familie nog steeds vrolijk maken.
Door het feit dat ze een paar jaar ouder is heeft Carine een aantal meer positieve herinneringen over haar. Zo speelde ons grootmoeder vaak voor Sinterklaas bij ons thuis. Ze stierf aan baarmoederkanker op 23-4-1971 toen ze pas 59 was, ze kreeg 7 kinderen. Door het feit dat ze zich ver hield van dokters en ziekenhuizen moet ze in de periode voor haar dood erg veel pijn gehad hebben, wat haar kijk op haar door ons als kind waarschijnlijk voor een groot stuk heeft beïnvloed. Ze was trouwens niet de enige in het dorp die als doe-het-zelver de meest ernstige medische kwalen behandelde. Zo was er bij haar in de straat een ongetrouwde man die samenwoonde met zijn broer die na een heel leven pijproken en pruimtabak kauwen zijn lipkanker te lijf ging met schaar en molenmes.
vrijdag 1 augustus 2008
Jos
Eerder hadden wij het al over onze Kater Jos en over zijn behoefte aan veel rust. Hoe lui hij is blijkt nog eens uit het volgende. Hij ligt op de zetel. Steekt zijn tong uit en beweegt zijn hoofd achteruit om zijn pelsje te likken, maar houdt daar mee op om zijn ogen te sluiten voor a quick nap. "Ik was me wel na mijn dutje."
Ken jij iemand die nog luier is?
Ken jij iemand die nog luier is?
Abonneren op:
Posts (Atom)